Recent onderzoek heeft aangetoond dat het percentage bezorgde oproepingskaarten is gedaald. Wat zijn de implicaties hiervan voor de democratie en de betrokkenheid bij de verkiezingen? We duiken in de cijfers en de opmerkingen van Nasier Eskak, directeur van het ministerie van Binnenlandse Zaken (Biza), om antwoord te geven op deze vragen.
Huidige Opkomstcijfers
In 2015 was het percentage bezorgde en opgehaalde oproepingskaarten bij verkiezingen nog 89% van het aantal kiesgerechtigden. Dit is echter in 2020 gedaald naar 75%. Deze informatie werd bekendgemaakt tijdens een persconferentie op het ministerie van Binnenlandse Zaken.
De Verwachte Opkomst
Nasier Eskak verklaarde dat uit eerdere ervaringen blijkt dat ongeveer 25% van de kiesgerechtigden niet komt stemmen. Dit betekent dat er zo’n 100.000 personen zijn die waarschijnlijk niet zullen deelnemen aan de komende verkiezingen.
- Veranderingen doorvoeren:
- Verbeteren van communicatie over het stemmen.
- Duidelijker maken van de voordelen van stemmen.
Problemen bij het Adresbeheer
Tijdens de bezorging van de oproepingskaarten werd opgemerkt dat veel mensen niet meer wonen op het geregistreerde adres bij het Centraal Bureau voor Burgerzaken (CBB).
“Dit betekent niet dat het CBB een vervuild bestand heeft,” legt Eskak uit, “maar simpelweg dat er geen wet is die burgers verplicht om hun nieuwe adres binnen een bepaalde tijd door te geven.”
De Impact van Verhuizingen
Eskak wijst op een verouderde wet die een boete van slechts 5 cent oplegt voor het niet doorgeven van een verhuizing:
- Hierdoor voelen mensen geen noodzaak om hun adreswijzigingen tijdig door te geven.
- Het systeem heeft geen effectieve sancties om dit gedrag te corrigeren.
De lage opkomstcijfers voor de verkiezingen zijn zorgwekkend en vereisen aandacht. Er moet gewerkt worden aan het verbeteren van de registratieprocessen en het bewustzijn van het belang van stemmen. Als kiesgerechtigde is het cruciaal om je stem te laten horen.
