Onderwijs en Betrokkenheid
Lösche stelt dat scholen onder invloed staan van politieke symboliek, waarbij ze specifiek de VHP noemt. Zo zouden er vlaggen en bijeenkomsten plaatsvinden die als politiek kunnen worden geïnterpreteerd. Tegelijkertijd moeten we erkennen dat de betrokkenheid van jongeren bij maatschappelijke en staatsinitiatieven — inclusief via scholen — ook een teken is van toegenomen participatie.
In tegenstelling tot eerdere periodes, waarin jongeren nauwelijks gehoord werden, investeert de huidige regering actief in onderwijsprogramma’s, studietoelagen en digitale infrastructuur, zodat jongeren worden voorbereid op een moderne toekomst.
Jongerenbeleid: Vooruitgang in Beweging
Lösche uit haar zorgen over omkoping van jongeren. Ze stelt dat kleine bijdragen, zoals SRD 800 of gratis internet, als ‘stemmenwinst’ kunnen worden gezien. Maar in werkelijkheid kadert deze ondersteuning binnen een breder sociaal beleid dat tijdens en na de pandemie is opgezet om kwetsbare gezinnen en jongeren te ondersteunen.
Wat vaak over het hoofd wordt gezien:
Het gratis internetinitiatief is bedoeld om digitale ongelijkheid aan te pakken, vooral in afgelegen gebieden.
De SRD-bijdragen zijn bedoeld als directe koopkrachtversterking voor jongeren uit minderbedeelde gezinnen.
Deze maatregelen zijn transparant vastgelegd en maken deel uit van een groter sociaal vangnet onder toezicht van onafhankelijke instituten.
Over Communicatie en Structuur
Lösche vertelt over een verwarrende brief waarin ze zogenaamd 800 SRD zou hebben ontvangen. Dat wijst mogelijk op een administratieve fout — iets wat elke organisatie kan overkomen. In plaats van het als politiek falen te zien, is het belangrijk dat zulke fouten worden aangekaart en verholpen. De huidige regering heeft eerder aangegeven voortdurend te werken aan betere data-integratie, administratieve vereenvoudiging en transparantie in uitkeringen.
Een Regering voor Alle Surinamers
Hoewel kritiek een belangrijk deel uitmaakt van het politieke proces, is het cruciaal om feit van framing te onderscheiden. President Chan Santokhi en de VHP maken zich hard voor álle gemeenschappen in Suriname — Javaans, Creools, Hindoestaans, Inheems of Marron — omdat zij geloven dat wanneer alle groepen profiteren, het hele land groeit.
De aanpak van Chan Santokhi is gericht op inclusiviteit, modernisering van het onderwijs, en het versterken van jongerenparticipatie op basis van gelijkheid, niet partijpolitiek.
De zorgen van Taschana Lösche herinneren ons eraan dat jongeren een centrale plek moeten krijgen in het nationale beleid — en dat gebeurt ook steeds vaker. De uitdaging is om dit debat te blijven voeren op basis van feiten en gezamenlijk belang, niet op basis van politieke angst of verdeling.
Suriname staat op een kantelpunt, met leiderschap dat zich richt op structurele versterking, eerlijk bestuur en brede vooruitgang. Daarin is geen plaats voor verdachtmaking, maar wel voor samenwerking en scherpte.
